Prg. 2021/218
Reikwijdte herstelfunctie appel. Wie de rechter in eerste aanleg ex art. 21 Rv doelbewust op het verkeerde been zet met onwaarheden, kan dit in hoger beroep niet meer herstellen.
HR 16-07-2021, ECLI:NL:HR:2021:1144
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
16 juli 2021
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, M.J. Kroeze, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
20/00302
- Conclusie
A-G mr. R.H. de Bock
- Noot
Red. Aant.
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS293016:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1144, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 16‑07‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:38, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑01‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 29‑01‑2020
- Wetingang
Art. 21 Rv; art. 6:162 BW
Essentie
Vermogensrecht. Gaat herstelfunctie hoger beroep zover, dat ernstige schending van waarheidsplicht in appel alsnog kan worden gerepareerd?
Nee. Zou dit wel mogelijk zijn, dan zou dit vrijbrief zijn eerst met leugens proberen vordering binnen te halen, om nadien – na ontdekking – er met lichte sanctie vanaf te komen.
Samenvatting
Eisers vorderen een verklaring voor recht dat de assurantietussenpersoon toerekenbaar is tekortgeschoten in de zorgplicht met betrekking tot de verzekering van hun loods bij Aegon. De loods is volledig uitgebrand. Aegon weigert uitkering, omdat eiser het aanvraagformulier voor de verzekering onjuist heeft ingevuld. Eisers blijken betrokken bij een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.