Einde inhoudsopgave
Zaaizaad- en plantgoedwet 2005
Artikel 62 [Licentie door de Raad verleend]
Geldend
Geldend vanaf 01-02-2006
- Bronpublicatie:
19-02-2005, Stb. 2005, 184 (uitgifte: 07-04-2005, kamerstukken: 29650)
- Inwerkingtreding
01-02-2006
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-01-2006, Stb. 2006, 41 (uitgifte: 01-01-2006, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Natuurbeschermingsrecht / Soortenbescherming
Agrarisch recht (V)
Intellectuele-eigendomsrecht / Octrooirecht
Ondernemingsrecht / Economische ordening
1.
Indien de houder van het kwekersrecht zijn verplichtingen, bedoeld in artikel 61, niet nakomt, wordt de licentie op verzoek van de belanghebbende door de Raad verleend.
2.
Alvorens te beslissen stelt de Raad partijen in de gelegenheid binnen een door hem te bepalen termijn alsnog tot overeenstemming te komen.
3.
Bij gebreke van overeenstemming beslist de Raad, na partijen te hebben gehoord. In de beslissing worden de omvang van de licentie, het bedrag van de aan de houder van het kwekersrecht te betalen vergoeding, alsmede de te verstrekken hoeveelheid teeltmateriaal en de daarvoor te betalen vergoeding vastgesteld. De Raad kan bij de beslissing aan de verkrijger van de licentie het stellen van zekerheid binnen een bepaalde termijn opleggen.
4.
Nadat de licentie door de Raad is verleend en aan de verplichting tot het stellen van zekerheid, indien deze is opgelegd, is voldaan, wordt de licentie in het rassenregister ingeschreven. De licentie werkt eerst na die inschrijving, ook tegenover hen, die na de inschrijving van het in het eerste lid bedoelde verzoek rechten op het kwekersrecht hebben verkregen.