Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 604/2013 vaststelling criteria en instrumenten om te bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van een verzoek om internationale bescherming dat door een onderdaan van een derde land of een staatloze bij een van de lidstaten wordt ingediend (herschikking)
Artikel 33 Mechanisme voor vroegtijdige waarschuwing, paraatheid en crisisbeheersing
Geldend
Geldend van 19-07-2013 tot 01-07-2026
- Bronpublicatie:
26-06-2013, PbEU 2013, L 180 (uitgifte: 29-06-2013, regelingnummer: 604/2013)
- Inwerkingtreding
19-07-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-06-2013, PbEU 2013, L 180 (uitgifte: 29-06-2013, regelingnummer: 604/2013)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Rechtshandhaving
Vreemdelingenrecht / Algemeen
EU-recht / Rechtsbescherming
1.
Indien de Commissie, in het bijzonder op basis van de door de op grond van Verordening (EU) nr. 439/2010 door het EASO vergaarde informatie, constateert dat de toepassing van deze verordening in gevaar kan komen hetzij door een kennelijk risico van bijzondere druk op het asielstelsel van een lidstaat en/of doordat er zich problemen voordoen in de werking van het asielstelsel van een lidstaat, richt de Commissie in samenwerking met het EASO aanbevelingen aan die lidstaat waarin zij hem verzoekt een preventief actieplan op te stellen.
De betrokken lidstaat stelt de Raad en de Commissie ervan in kennis of hij voornemens is een preventief actieplan voor te leggen teneinde de druk op zijn asielstelsel en/of de problemen in de werking daarvan te boven te komen, en daarbij tevens de bescherming van de grondrechten van personen die om internationale bescherming verzoeken te waarborgen.
Een lidstaat kan naar eigen inzicht en op eigen initiatief een preventief actieplan opstellen en dat vervolgens een of meer malen herzien. Bij het opstellen van een preventief actieplan kan de lidstaat de hulp van de Commissie, andere lidstaten, het EASO en andere bevoegde bureaus of agentschappen van de Unie inroepen.
2.
Wanneer er een preventief actieplan wordt opgesteld, legt de betrokken lidstaat dit plan en periodieke verslagen over de uitvoering ervan aan de Raad en de Commissie voor. De Commissie stelt het Europees Parlement vervolgens in kennis van de hoofdpunten van het preventieve actieplan. De Commissie legt uitvoeringsverslagen voor aan de Raad en zendt uitvoeringsverslagen aan het Europees Parlement toe.
De betrokken lidstaat treft alle passende maatregelen om de toestand van bijzondere druk op zijn asielstelsel onder controle te krijgen of om ervoor te zorgen dat de gesignaleerde tekortkomingen worden ondervangen voordat de situatie verslechtert. Wanneer het preventieve actieplan maatregelen bevat die ertoe strekken de bijzondere druk op het asielstelsel van een lidstaat waardoor de toepassing van deze verordening in gevaar kan komen, te ondervangen, vraagt de Commissie het EASO om advies alvorens verslag uit te brengen aan het Europees Parlement en de Raad.
3.
Wanneer de Commissie op basis van de analyse van het EASO constateert dat de uitvoering van het preventieve actieplan de gesignaleerde tekortkomingen niet verholpen heeft, of wanneer er een ernstig risico bestaat dat de asielsituatie in de betrokken lidstaat uitmondt in een crisis, die waarschijnlijk niet met een preventief actieplan kan worden verholpen, kan de Commissie, indien van toepassing in samenwerking met het EASO, de betrokken lidstaat verzoeken een actieplan voor crisisbeheersing op te stellen en dat zo nodig te herzien. Het actieplan voor crisisbeheersing garandeert gedurende het gehele proces de naleving van het Unieacquis inzake asiel, met name wat betreft de grondrechten van de personen die om internationale bescherming verzoeken.
Na het verzoek tot opstelling van een actieplan voor crisisbeheersing gaat de betrokken lidstaat in samenwerking met de Commissie en het EASO snel hiertoe over, en uiterlijk binnen drie maanden na het verzoek, op.
De betrokken lidstaat legt zijn actieplan voor crisisbeheersing voor en brengt ten minste om de drie maanden verslag uit over de uitvoering ervan aan de Commissie en aan andere relevante actoren, zoals het EASO, indien van toepassing.
De Commissie informeert het Europees Parlement en de Raad over het actieplan voor crisisbeheersing en over eventuele herzieningen alsmede over de uitvoering ervan. In die verslagen verstrekt de betrokken lidstaat gegevens ten behoeve van de bewaking van de naleving van het actieplan voor crisisbeheersing, bijvoorbeeld over de duur van de procedure, de bewaringsomstandigheden en de opvangcapaciteit in verhouding tot de toevloed van verzoekers.
4.
Gedurende het gehele in dit artikel vastgestelde proces voor vroegtijdige waarschuwing, paraatheid en crisisbeheersing houdt de Raad de situatie nauwlettend in het oog en kan hij om nadere informatie verzoeken en politieke sturing geven, met name met betrekking tot de urgentie en de ernst van de situatie en bijgevolg de noodzaak voor een lidstaat om een preventief actieplan dan wel, indien noodzakelijk, een actieplan voor crisisbeheersing op te stellen. Het Europees Parlement en de Raad kunnen gedurende het gehele proces besprekingen voeren en sturing geven over de solidariteitsmaatregelen die zij passend achten.