Einde inhoudsopgave
Tijdelijke kaderregeling inzake staatssteun ter ondersteuning van de economie vanwege de huidige COVID-19-uitbraak
96
Geldend
Geldend vanaf 24-11-2021
- Redactionele toelichting
De datum van inwerkingtreding en afkondiging is de datum van het Publicatieblad. Wordt van kracht op 18-11-2021. Dit punt is opnieuw ingevoegd. Punt 96 (oud) vernummerd tot punt 111.
- Bronpublicatie:
24-11-2021, PbEU 2021, C 473 (uitgifte: 24-11-2021, regelingnummer: 2021/C 473/01)
- Inwerkingtreding
24-11-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-11-2021, PbEU 2021, C 473 (uitgifte: 24-11-2021, regelingnummer: 2021/C 473/01)
- Vakgebied(en)
Corona (V)
Europees belastingrecht / Fiscale staatssteun
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Ondernemingsrecht / Bijzondere onderwerpen
Staatssteun (V)
Wanneer steunregelingen voor investeringen uitsluitend steun verlenen in de vorm van garanties of leningen of soortgelijke terugbetaalbare instrumenten, mag de totale steun in afwijking van punt 89, e), per onderneming niet meer bedragen dan 15 miljoen EUR in nominale termen en mag de steunintensiteit in afwijking van punt 89, d), niet meer bedragen dan 30 % van de in aanmerking komende kosten. Wanneer de voorwaarden van punt 89, d), i), ii) of iii) van toepassing zijn, kan dit maximum worden verhoogd in overeenstemming met deze bepalingen. Regelingen in het kader van dit punt moeten voldoen aan de punten 25, a), punt 25, b), punt 25 bis, eerste en tweede zin, dan wel punt 27, a), punt 27, b), en punt 27 bis, eerste en tweede zin. Cumulering met andere steun in het kader van dit punt is uitgesloten. Voorts moeten de punten 28, 30 en 31 worden nageleefd. Garanties mogen niet meer bedragen dan:
- i.
90 % van de hoofdsom van de lening, indien verliezen evenredig en onder dezelfde voorwaarden door de kredietinstelling en de Staat worden gedragen; of
- ii.
35 % van de hoofdsom van de lening, indien verliezen eerst door de Staat worden gedragen en daarna pas door de kredietinstelling (d.w.z. een garantie voor eerste verliezen); en
- iii.
in beide bovenstaande gevallen, wanneer de omvang van de lening mettertijd afneemt, bijvoorbeeld omdat de terugbetaling van de lening gestart is, moet het gegarandeerde bedrag evenredig afnemen.