Einde inhoudsopgave
Warmtebesluit
Artikel 5b
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2020
- Bronpublicatie:
26-03-2019, Stb. 2019, 133 (uitgifte: 04-04-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-03-2019, Stb. 2019, 133 (uitgifte: 04-04-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
Milieurecht / Energie
Energierecht (V)
1.
Als categorieën afleversets voor warmte als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de wet worden vastgesteld:
- a.
een individuele afleverset voor warmte voor alleen ruimteverwarming;
- b.
een collectieve afleverset voor warmte voor alleen ruimteverwarming;
- c.
een individuele afleverset voor warmte voor alleen verwarming van tapwater;
- d.
een collectieve afleverset voor warmte voor alleen verwarming van tapwater;
- e.
een individuele gecombineerde afleverset voor warmte voor ruimteverwarming en verwarming van tapwater, en
- f.
een collectieve gecombineerde afleverset voor warmte voor ruimteverwarming en verwarming van tapwater.
2.
De Autoriteit Consument en Markt kan aanvullende functionaliteiten van afleversets vaststellen voor zover de kosten van een aanvullende functionaliteit zodanig significant zijn dat een apart tarief is gerechtvaardigd.
3.
Het maximumtarief, bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de wet bestaat uit:
- a.
een basistarief voor een categorie van een afleverset als bedoeld in het eerste lid, en
- b.
een jaarlijkse opslag of jaarlijkse afslag per aanvullende functionaliteit van een afleverset, als bedoeld in het tweede lid, indien van toepassing. De Autoriteit Consument en Markt stelt daarnaast een eenmalige bijdrage of teruggave vast voor het gebruik gedurende de economische levensduur van een aanvullende functionaliteit die in plaats kan komen van een jaarlijkse opslag of jaarlijkse afslag per aanvullende functionaliteit.
4.
Het maximumtarief voor een collectieve afleverset wordt omgeslagen over het aantal verbruikers dat gedurende het jaar waarop de nota, bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de wet, betrekking heeft via het met de collectieve afleverset verbonden inpandige leidingenstelsel warmte afneemt. Een leverancier geeft in de nota, bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de wet, inzage in het aantal verbruikers waarover het tarief wordt omgeslagen.
5.
Het basistarief, bedoeld in het derde lid, onderdeel a, wordt vastgesteld op basis van:
- a.
de gemiddelde jaarlijkse kapitaal- en operationele kosten van leveranciers voor de desbetreffende categorie afleversets, of
- b.
door de Autoriteit Consument en Markt verkregen marktgegevens over de kosten van de desbetreffende categorie afleversets.
6.
De jaarlijkse opslag of jaarlijkse afslag, bedoeld in het derde lid, onderdeel b, wordt vastgesteld op basis van:
- a.
de gemiddelde jaarlijkse kapitaalkosten van leveranciers voor de desbetreffende aanvullende functionaliteit, of
- b.
door de Autoriteit Consument en Markt verkregen marktgegevens over de kosten van de desbetreffende aanvullende functionaliteit.
7.
De eenmalige bijdrage of teruggave, bedoeld in het derde lid, onderdeel b, wordt vastgesteld op basis van:
- a.
de gemiddelde meerkosten of minderkosten van leveranciers van de aanschaf en installatie van de desbetreffende aanvullende functionaliteit, of
- b.
door de Autoriteit Consument en Markt verkregen marktgegevens over de kosten van de aanschaf en installatie van de desbetreffende aanvullende functionaliteit.
8.
Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld over:
- a.
de kenmerkende functionaliteiten van de categorieën afleversets, bedoeld in het eerste lid;
- b.
de aanvullende functionaliteiten van afleversets, bedoeld in het tweede lid.
9.
Als een installatie als bedoeld in artikel 1, tweede lid, van de wet wordt aangewezen een warmtepomp in een warmte koude systeem.