NJB 2023/1338
Successiewet. Bedrijfsopvolgingsregeling. Bezitseis.
HR 21-04-2023, ECLI:NL:HR:2023:647
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
21 april 2023
- Magistraten
Mrs. Koopman, Wortel, Boerlage, Cools, Van der Voort Maarschalk
- Zaaknummer
21/04462
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Belastingrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
Beroepschrift, Hoge Raad, 21‑04‑2023
ECLI:NL:HR:2023:647, Uitspraak, Hoge Raad, 21‑04‑2023
ECLI:NL:PHR:2022:903, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑10‑2022
- Wetingang
(art. 35d lid 1 aanhef en letter c SW 1956)
Essentie
Successiewet. Bedrijfsopvolgingsregeling. Bezitseis.
Uitspraak
Hoge Raad, onder meer:
Bezitseis
‘2.1
De moeder van belanghebbende (hierna: schenker) hield in 2011 via [E] B.V. (hierna: [E]) aanvankelijk een indirect aanmerkelijk belang van 49 procent in [D] B.V. (hierna: [D]). De overige 51 procent werd indirect gehouden door een vennootschap van de neef van belanghebbende, [F] B.V. In een aantal dochtermaatschappijen van [D] werden activiteiten ontplooid bestaande uit het exploiteren van hoorcentra (hierna: horen) en optiekcentra (hierna: zien).
2.2
In 2011 heeft een splitsing van [D] plaatsgevonden als bedoeld in artikel 2:334cc BW (‘ruziesplitsing’). Hierbij werden ‘horen’ en ‘zien’ ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.