RvdW 2016/730
Toereikend bewijs voorhanden hebben wapens en munitie; geen redelijke verklaring van verdachte.
HR 14-06-2016, ECLI:NL:HR:2016:1194
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
14 juni 2016
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, V. van den Brink, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
15/03642
- Conclusie
A-G mr. T.N.B.M. Spronken
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Bijzonder strafrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:1194, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 14‑06‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:484, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑03‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑10‑2015
- Wetingang
Art. 29 Sv; art. 13, 26 WWM
Essentie
In de woning van verdachte zijn wapens aangetroffen in een kluis in de slaapkamer en in een lade van de keukentafel en munitie op een zolder van de garage. Het hof kon oordelen dat van verdachte een redelijke verklaring mocht worden gevergd voor het aantreffen daarvan in zijn woning en dat, nu hij geen verklaring heeft gegeven, hij die voorhanden heeft gehad en zich derhalve in meerdere of mindere mate bewust is geweest van de aanwezigheid daarvan in de woning.
Samenvatting
In de woning van verdachte werd in een kluis in een slaapkamer een nepvuurwapen aangetroffen, in de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.