NJB 2016/446:Een handelaar in fietsmanden vordert jegens een concurrent een inbreukverbod, primair op grond van een auteursrecht, subsidiair op grond van een recht op een niet-ingeschreven gemeenschapsmodel. De voorzieningenrechter wijst de vordering toe op de primaire grondslag, met dwangsom. Het hof wijst de vordering toe op de subsidiaire grondslag en laat de dwangsomveroordeling in stand. HR: 1. Dwangsom. Appel. Het staat de appelrechter vrij een in eerste aanleg uitgesproken veroordeling in hoger beroep te vervangen door eenzelfde veroordeling, berustend op een andere rechtsgrond, met handhaving van de datum van ingang waarvoor de eerste veroordeling gold, ook als daaraan een dwangsom is verbonden, mits de veroordeling op de nieuwe rechtsgrond niet meer of andere gedragingen bestrijkt dan de eerdere. 2. Gemeenschapsmodel. a. Verhouding met auteursrecht. De gedragingen waartegen de houder van een niet-ingeschreven gemeenschapsmodel zich kan verzetten, gelden in alle gevallen ook als inbreukmakend op een auteursrecht. b. Beschermingsomvang. Met de beperkte bescherming van art. 19 lid 2 GModVo is beoogd het gebruik te beletten van modellen die, beantwoordend aan de maatstaf van art. 10 lid 1 GModVo, zijn ontleend aan het ingeroepen model