V-N 2017/21.14
Latente IB-schuld ziet op belast en vrijgesteld deel van schenking
HR 14-04-2017, ECLI:NL:HR:2017:674, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
14 april 2017
- Magistraten
Koopman, Fierstra, Groeneveld
- Zaaknummer
16/02345
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS206419:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Schenk- en erfbelasting (V)
Schenk- en erfbelasting / Erfbelasting
Schenk- en erfbelasting / Schenkbelasting
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:674, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑04‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑04‑2017
- Wetingang
art. 20 lid 5 en 6 SW 1956
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat de latente IB-schuld naar evenredigheid moet worden toegerekend aan het voorwaardelijk vrijgestelde en het niet-vrijgestelde deel van de schenking. Dit volgt namelijk uit de wetsgeschiedenis en de jurisprudentie.
Samenvatting
Belanghebbende, mevrouw X, krijgt in 2012 een grote schenking van haar vader. De schenking bestaat uit aandelen. Niet in geschil is dat het aldus verkregen ondernemingsvermogen ruim € 23 mln. waard is en dat hierop voor ruim € 19 mln. de bedrijfsopvolgingsfaciliteit (BOF) van toepassing is. In geschil is slechts hoe de latente IB-schuld van ruim € 1,4 mln. moet worden verwerkt. Bij de aanslagregeling is deze ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.