V-N 2017/20.23
Hof miskent dat bij commercieel vastgoed GVW in beginsel niet afwijkt van WEV
HR 14-04-2017, ECLI:NL:HR:2017:672, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
14 april 2017
- Magistraten
Fierstra, Wortel, Beukers-van Dooren
- Zaaknummer
16/05738
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS926173:1
- Vakgebied(en)
Waardering onroerende zaken (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:672, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑04‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑04‑2017
- Wetingang
art. 17 lid 3 Wet WOZ
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat voor een courante, commercieel geëxploiteerde onroerende zaak als onderhavige de WEV gelijk is aan de GVW. Het hof heeft dit miskend met zijn oordeel over de WOZ-waarde van het kantoorpand van X.
Samenvatting
Belanghebbende, X, is een stichting die eigenaar is van een kantoorpand in de gemeente Zoetermeer. Rechtbank Den Haag verlaagt de WOZ-waarde van dit pand voor het belastingjaar 2015 tot € 2.778.000. Hof Den Haag oordeelt dat de heffingsambtenaar aannemelijk maakt dat deze waarde niet te hoog is. Het hof wijst de door X bepleite toepassing van de huurwaarde-kapitalisatiemethode af, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.