NJ 2024/113
Arbeidsrecht. Afwijzing Xella-voorstel; peilmoment; goed werkgeverschap (art. 7:611 BW). Rechtsingang verzoek tot schadevergoeding; wisselbepaling (art. 69 Rv).
HR 15-03-2024, ECLI:NL:HR:2024:400
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
15 maart 2024
- Magistraten
Mrs. G. de Groot, C.H. Sieburgh, S.J. Schaafsma, G.C. Makkink, K. Teuben
- Zaaknummer
22/03834
- Conclusie
A-G mr. R.H. de Bock
- Noot
Red. Aant.
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS955604:1
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2024:400, Uitspraak, Hoge Raad, 15‑03‑2024
ECLI:NL:PHR:2023:914, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 20‑10‑2023
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑10‑2022
- Wetingang
Art. 7:611, 7:686a BW; art. 69 Rv
Essentie
Arbeidsrecht. Afwijzing Xella-voorstel; peilmoment; goed werkgeverschap (art. 7:611 BW). Rechtsingang verzoek tot schadevergoeding; wisselbepaling (art. 69 Rv).
Samenvatting
Indien de werkgever zich erop beroept dat een uitzondering op het in de Xella-beslissing (HR 8 november 2019, NJ 2020/135, m.nt. W.H.A.C.M. Bouwens) genoemde uitgangspunt aan de orde is — bijvoorbeeld op de grond dat sprake is van reële re-integratiemogelijkheden voor de werknemer — dient de beoordeling hiervan plaats te vinden naar het moment dat de werknemer het voorstel tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden, onder toekenning ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.