RCR 2013/45
Ontbinding koopovereenkomst. Hoe dient de waarde van een zaak waarvan teruggave onmogelijk is, te worden vastgesteld na vernietiging?
HR 12-04-2013, ECLI:NL:HR:2013:BY8732
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 april 2013
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, A.H.T. Heisterkamp, G. de Groot
- Zaaknummer
12/00677
- Conclusie
A-G mr. M.H. Wissink
- LJN
BY8732
- JCDI
JCDI:ADS914233:1
- Vakgebied(en)
Goederenrecht / Eigendom, bezit en houderschap
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Verbintenissenrecht / Overige verbintenissen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:BY8732, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑04‑2013
ECLI:NL:PHR:2013:BY8732, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 11‑01‑2013
- Wetingang
Art. 3:120 lid 2, 6:74, 6:206, 6:228 BW
Essentie
Ontbinding koopovereenkomst. Dwaling.
Hoe dient de waarde van een zaak waarvan teruggave onmogelijk is, te worden vastgesteld na vernietiging?
Samenvatting
Eiser verkoopt verweerster op 19 mei 2006 een auto voor € 10.000. Verweerster betaalt € 1.000 aan. Op 25 september 2006 vernietigt verweerster de koopovereenkomst wegens dwaling — geknoei met de kilometerteller — en verkoopt de auto door. Eiser vordert betaling van € 9.000. Rechtbank en gerechtshof veroordelen verweerster tot betaling van € 1.000. Het gerechtshof verlaat zich op de door haar benoemde deskundige. Deze gaat uit van een reële waarde op 19 mei 2006 van € 3.027,31, berekend als € 5.250 (waarde op 19 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.