V-N 2019/32.16
Lid Raad van Commissarissen geen btw-ondernemer
HvJ EU 13-06-2019, ECLI:EU:C:2019:490, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
13 juni 2019
- Magistraten
Arabadjiev, Von Danwitz, Vajda, Xuereb, Kumin
- Zaaknummer
C-420/18
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS59425:1
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting / Belastingplichtige en -schuldige
Europees belastingrecht / Belastingen EU
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2019:490, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 13‑06‑2019
- Wetingang
Essentie
Het Hof van Justitie EU oordeelt dat het commissariaat van IO bij stichting Y geen zelfstandige economische activiteit vormt. Daarbij is niet van belang dat IO op geen enkele wijze hiërarchisch ondergeschikt is ten aanzien van het bestuursorgaan of de RvC van de stichting.
Samenvatting
Belanghebbende, IO, werkt in dienstbetrekking als gemeenteambtenaar en is tevens lid van de Raad van Commissarissen (RvC) van stichting Y. Naast dit commissariaat heeft IO geen andere nevenfuncties. In geschil is of IO btw-ondernemer is voor zijn werkzaamheden als commissaris van Y. IO is van mening dat hij deze economische activiteit niet zelfstandig ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.