Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsregeling Belastingdienst 2003
Artikel 5
Geldend
Geldend vanaf 30-04-2021. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-01-2021
- Bronpublicatie:
26-04-2021, Stcrt. 2021, 12238 (uitgifte: 29-04-2021, regelingnummer: 2020-0000019688)
- Inwerkingtreding
30-04-2021, terugwerkend tot: 01-01-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-04-2021, Stcrt. 2021, 12238 (uitgifte: 29-04-2021, regelingnummer: 2020-0000019688)
- Vakgebied(en)
Belastingrecht algemeen / Organisatie Belastingdienst
1.
De algemeen directeuren van de organisatieonderdelen, genoemd in artikel 3, eerste lid, onderdelen a en c, de directeur van het organisatieonderdeel, genoemd in artikel 3, eerste lid, onderdeel b, en de directeur-generaal Douane zijn inspecteur en ontvanger als bedoeld in artikel 2, derde lid, onderdeel b, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, artikel 2, eerste lid, onderdeel i, van de Invorderingswet 1990 en artikel 1.3, onderdeel k, van de Belastingwet BES.
2.
De directeur-generaal Belastingdienst is inspecteur en ontvanger als bedoeld in artikel 2, derde lid, onderdeel b, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en in artikel 2, eerste lid, onderdeel i, van de Invorderingswet 1990 voorzover het de belastingaangelegenheden betreft die verband houden met het Koninklijk Huis.