V-N 2016/50.9
Geen VPB-vrijstelling voor pensioenfonds dat wordt tussengeschakeld bij aandelentransacties
HR 23-09-2016, ECLI:NL:HR:2016:2122, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
23 september 2016
- Magistraten
Overgaauw, Van Vliet, Bavinck, Van Loon, Van Kalmthout
- Zaaknummer
15/03542
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS924565:1
- Vakgebied(en)
Vennootschapsbelasting / Vrijstelling
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:2122, Uitspraak, Hoge Raad, 23‑09‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 01‑04‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:173, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑03‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 13‑11‑2015
- Wetingang
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat X belastingplichtig is voor de VPB. X heeft namelijk een nevendoelstelling waardoor zij geen recht heeft op de vrijstelling van art. 5 Wet VPB 1969.
Samenvatting
Belanghebbende, stichting X, is een pensioenfonds van J bv en de aan J bv gelieerde bedrijven. Als pensioenlichaam is zij niet onderworpen aan de VPB-heffing. De beleggingen van X bestaan slechts uit een longpositie in aandelen met daartegenover een shortpositie in derivaten. Er is sprake van een volledig gedekte positie waarbij geen marktrisico wordt gelopen. In 2010 en 2011 koopt X aandelen en verkoopt zij ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.