Einde inhoudsopgave
Regeling voertuigen
Artikel 5.6a.6
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
31-10-2023, Stcrt. 2023, 29164 (uitgifte: 27-11-2023, regelingnummer: IENW/BSK-2023/299526)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-12-2023, Stb. 2023, 464 (uitgifte: 13-12-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Afhankelijke geldigheid
Treedt tegelijk in werking met art. I, onderdelen C, E en P van de wet van 26-10-2023, Stb. 277.
- Vakgebied(en)
Verkeersrecht / Voertuigeisen
Vervoersrecht / Bijzondere onderwerpen
Eisen | Wijze van keuren | |
---|---|---|
1. | Bijzondere bromfietsen: a. voor individueel vervoer mogen: 1°. niet langer zijn dan 3,00 m; 2°. niet breder zijn dan 1,10 m; 3°. niet hoger zijn dan 2,00 m; b. voor personenvervoer of goederenvervoer mogen: 1°. niet langer zijn dan 3,00 m; 2°. niet breder zijn dan 1,15 m; 3°. niet hoger zijn dan 2,00 m. | Leden 1 en 2: visuele controle. In geval van twijfel wordt de bijzondere bromfiets gemeten. |
2. | In afwijking van het eerste lid mogen bijzondere bromfietsen op minder dan drie wielen voor individueel vervoer en die geproduceerd zijn op basis van een aanwijzing die is afgegeven voor 2 mei 2019, niet breder zijn dan 0,75 m. |