Einde inhoudsopgave
Regeling maatregelen rijvaardigheid en geschiktheid 2011
Artikel 7
Geldend
Geldend vanaf 01-12-2011
- Bronpublicatie:
31-10-2011, Stcrt. 2011, 20015 (uitgifte: 08-11-2011, regelingnummer: IENM/BK-IENM/BSK-2011/145875)
- Inwerkingtreding
01-12-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-11-2011, Stb. 2011, 527 (uitgifte: 18-11-2011, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Afhankelijke geldigheid
Treedt tegelijk in werking met art. I, onderdelen A, E t/m DD en GG t/m PP, en II t/m VII van de wet van 04-06-2010, Stb. 259.
- Vakgebied(en)
Verkeersrecht / Handhaving verkeersvoorschriften
Bijzonder strafrecht / Verkeersstrafrecht
Bestuursrecht algemeen / Handhaving algemeen
Verkeersrecht / Rijbevoegdheid
Het CBR besluit tot een lichte educatieve maatregel alcohol en verkeer indien:
- a.
bij betrokkene een adem- of bloedalcoholgehalte is geconstateerd dat gelijk is aan of hoger is dan 350 μg/l, respectievelijk 0,8‰, maar lager is dan 435 μg/l, respectievelijk 1,0‰;
- b.
bij betrokkene, in de hoedanigheid van beginnende bestuurder, een adem- of bloedalcoholgehalte is geconstateerd dat gelijk is aan of hoger is dan 220 μg/l, respectievelijk 0,5‰, maar lager is dan 350 μg/l, respectievelijk 0,8‰.