NJB 2014/1729
Formele procespartij. HR: 1. Veroordeelde partij. D en Z zijn door het hof in persoon veroordeeld tot betaling. Zij hebben daarom recht en belang daartegen in eigen naam in cassatie op te komen. 2. Bewind. In een geding met betrekking tot een onder bewind gesteld goed dient de bewindvoerder, en dus niet de rechthebbende, in rechte te worden betrokken
HR 19-09-2014, ECLI:NL:HR:2014:2738
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
19 september 2014
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, C.E. Drion, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
13/01482
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:2738, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 19‑09‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:488, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑05‑2014
- Wetingang
(Rv art. 398, aanhef; BW art. 1:441 lid 1)
Essentie
Formele procespartij. HR: 1. Veroordeelde partij. D en Z zijn door het hof in persoon veroordeeld tot betaling. Zij hebben daarom recht en belang daartegen in eigen naam in cassatie op te komen. 2. Bewind. In een geding met betrekking tot een onder bewind gesteld goed dient de bewindvoerder, en dus niet de rechthebbende, in rechte te worden betrokken
Partij(en)
V (de vereffenaar), D (de dochter) en Z (de zoon), adv. mr. H.J.W. Alt, vs. P (de partner) en B (de bewindvoerder van P), adv. mr. P.S. Kamminga.
Uitspraak
Feiten en procesverloop
Bij uiterste wil van 22 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.