Einde inhoudsopgave
Statuut van Rome inzake het Internationaal Strafhof
Artikel 84 Herziening van einduitspraken
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2002
- Bronpublicatie:
17-07-1998, Trb. 2000, 120 (uitgifte: 17-10-2000, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-2002
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-07-2002, Trb. 2002, 135 (uitgifte: 01-01-2002, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Rechtshandhaving
Internationaal strafrecht / Internationale tribunalen
1.
De veroordeelde of, na diens overlijden, echtgenoten, kinderen, ouders of een ten tijde van het overlijden van de beschuldigde in leven zijnde persoon die van de beschuldigde uitdrukkelijke schriftelijke aanwijzingen heeft gekregen tot het instellen van een dergelijke vordering, of de Aanklager namens de persoon, is respectievelijk zijn bevoegd de Kamer van beroep te verzoeken om herziening van de einduitspraak waarbij de veroordeling werd uitgesproken of de straf werd opgelegd, op grond van het feit dat:
- a.
nieuw bewijs is ontdekt dat:
- i.
niet beschikbaar was ten tijde van de terechtzitting en deze niet-beschikbaarheid niet geheel of gedeeltelijk te wijten was aan de partij die het verzoek doet; en
- ii.
van voldoende belang is om, indien de juistheid ervan tijdens de terechtzitting zou zijn vastgesteld, waarschijnlijk tot een andere uitspraak te hebben geleid;
- b.
thans pas is ontdekt dat beslissend bewijs dat op de terechtzitting in aanmerking is genomen en waarop de veroordeling is gebaseerd, onwaar, vals of vervalst was;
- c.
een of meer rechters die deelnamen aan de veroordeling of bevestiging van de tenlastegelegde feiten zich in die zaak schuldig heeft of hebben gemaakt aan ernstig wangedrag of ernstig plichtsverzuim van voldoende gewicht om de ontzetting van die rechter of rechters uit hun ambt ingevolge artikel 46 te rechtvaardigen.
2.
De Kamer van beroep wijst het verzoek af indien hij dit ongegrond acht. Indien hij vaststelt dat het verzoek een nadere beoordeling verdient, is hij, waar dit in aanmerking komt bevoegd:
- a.
de oorspronkelijke Kamer van berechting opnieuw bijeen te roepen;
- b.
een nieuwe Kamer van berechting samen te stellen; of
- c.
de kennisneming van de zaak aan zich te houden,
teneinde, na de partijen te hebben gehoord op de in het Reglement van proces- en bewijsvoering vermelde wijze, vast te stellen of de uitspraak herzien dient te worden.