NJB 2016/2302:Sprongcassatie. Faillissement. Dwangcrediteur. Gestanddoening door de curator. Ctac levert softwarediensten aan Free Record Shop. Deze gaat failliet. Ctac is bereid haar dienstverlening gedurende de afkoelingsperiode voort te zetten, maar alleen als haar prefaillissementsvordering wordt betaald. De curatoren spannen een kort geding aan. Op bevel van de voorzieningenrechter zet Ctac de dienstverlening voort. In deze bodemzaak vordert Ctac betaling van de prefaillissementsvordering op de grond dat de curatoren door het kort geding aan te spannen geacht moeten worden de overeenkomst gestand te hebben gedaan. Hoge Raad: Onjuist is de opvatting dat het in rechte afdwingen van voortzetting van dienstverlening door zogenoemde dwangcrediteuren steeds dient te worden aangemerkt als gestanddoening van de overeenkomst. De vraag hoe verklaringen en gedragingen van een curator in dit verband moeten worden uitgelegd, dient met inachtneming van alle omstandigheden van het geval te worden beantwoord