NJ 2010/503
Opzet op onjuist of onvolledig doen van aangifte omzetbelasting volgt niet zonder meer uit bewijsmiddelen.
HR 14-09-2010, ECLI:NL:HR:2010:BM8062
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
14 september 2010
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J.W. Ilsink, W.F. Groos
- Zaaknummer
09/00690
- Conclusie
A-G Aben
- LJN
BM8062
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting (V)
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
Bijzonder strafrecht / Fiscaal strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BM8062, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 14‑09‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BM8062, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑06‑2010
- Wetingang
AWR art. 68
Essentie
De bewezenverklaring, voor zover behelzende dat X. B.V. opzet had op het onjuist of onvolledig doen van aangiften omzetbelasting, kan niet zonder meer uit de inhoud van de gebezigde bewijsmiddelen worden afgeleid. De enkele vaststelling van het Hof dat de verdachte als bestuurder van X B.V. begin 1996 door de accountant erop was geattendeerd dat over de genoemde aangiftetijdvakken te weinig omzet was opgegeven en dat X. B.V., ondanks een daartoe strekkend aanbod, geen suppletieaangifte heeft ingediend, vormt onvoldoende grond om te kunnen aannemen dat X. B.V. ten tijde van de indiening van de aangiften over 1995 het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.