RvdW 2015/442
Gebruik leugenachtigheid verklaring verdachte voor het bewijs. HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 17-03-2015, ECLI:NL:HR:2015:625
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
17 maart 2015
- Magistraten
Mrs. B.C. de Savornin Lohman, Y. Buruma, N. Jörg
- Zaaknummer
13/02970
- Conclusie
A-G mr. A.E. Harteveld
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:625, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 17‑03‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:195, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑01‑2015
Essentie
Gebruik leugenachtigheid verklaring verdachte voor het bewijs. HR: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch van 31 mei 2013, nummer 20/003198-12, in de strafzaak tegen: [verdachte]. Adv. mr. B.P. de Boer, te Amsterdam.
Conclusie
Conclusie A-G mr. A.E. Harteveld:
1.
De verdachte is door het Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch, bij arrest van 31 mei 2013 veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van drie weken. Voorts heeft het Hof beslist ten aanzien van de in beslaggenomen voorwerpen, een en ander zoals in het arrest ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.