RFR 2014/53
Bopz. Kan een geneeskundige verklaring worden afgegeven door een arts verstandelijk gehandicapten, vooruitlopend op het wetsvoorstel dat dat mogelijk maakt?
HR 07-02-2014, ECLI:NL:HR:2014:270
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
7 februari 2014
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, A.M.J. van Buchem-Spapens, G. de Groot, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
13/05331
- Conclusie
A-G mr. F. F. Langemeijer
- JCDI
JCDI:ADS917308:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Gezondheidsrecht / Algemeen
Openbare orde en veiligheid / Bijzondere onderwerpen
Bestuursrecht algemeen / Algemene beginselen van behoorlijk bestuur
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:270, Uitspraak, Hoge Raad, 07‑02‑2014
ECLI:NL:PHR:2013:2384, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑12‑2013
Beroepschrift, Hoge Raad, 01‑11‑2013
- Wetingang
Art. 1 Wet Bopz; art. 5 lid 1 aanhef en onder e EVRM
Essentie
Bopz. Legaliteitsbeginsel.
Kan een geneeskundige verklaring worden afgegeven door een arts verstandelijk gehandicapten, vooruitlopend op het wetsvoorstel dat dat mogelijk maakt?
Samenvatting
Voor betrokkene, een verstandelijk gehandicapte, is een voorlopige machtiging voortduring van verblijf afgegeven op basis van een geneeskundige verklaring, die is ondertekend door de geneesheer-directeur, tevens arts verstandelijk gehandicapten. Vaststaat dat de geneesheer-directeur niet tevens psychiater in de zin van art. 1 lid 1 onder j Wet Bopz is. De rechtbank heeft het verweer dat de geneeskundige verklaring niet voldoet aan de wet, nu deze niet is opgesteld door een onafhankelijk psychiater, verworpen. Daarbij ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.