Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsregeling zeevisserij
Artikel 36 Onttrekking aan groepscontingent
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2017
- Bronpublicatie:
12-12-2016, Stcrt. 2016, 69116 (uitgifte: 21-12-2016, regelingnummer: WJZ/16180048)
- Inwerkingtreding
01-01-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-12-2016, Stcrt. 2016, 69116 (uitgifte: 21-12-2016, regelingnummer: WJZ/16180048)
- Vakgebied(en)
Natuurbeschermingsrecht / Soortenbescherming
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
1.
De ten behoeve van een groepscontingent in beheer gegeven contingenten of som van de in artikel 24 bedoelde hoeveelheden van een vissoort kunnen door een ondernemer gedurende een kalenderjaar slechts geheel of gedeeltelijk aan het groepscontingent worden onttrokken, indien:
- a.
hij daarvan melding doet aan de minister;
- b.
de melding vergezeld gaat van een schriftelijke verklaring van het bestuur van de desbetreffende groep of producentenorganisatie dat het met de onttrekking instemt; en
- c.
het groepscontingent van de desbetreffende vissoort of indien het tong of schol betreft, het groepscontingent tong en het groepscontingent schol op het moment van ontvangst van de melding nog niet geheel is opgevist.
2.
De te onttrekken contingenten of de som van de in artikel 24 bedoelde hoeveelheden van een vissoort worden verminderd met de vangsten die tot de datum van onttrekking op basis van die contingenten of de som van de in artikel 24 bedoelde hoeveelheden zijn gerealiseerd.
3.
De onttrekking vindt slechts plaats na kennisgeving van de minister aan de ondernemer en aan de groep of de producentenorganisatie, dat de melding is ontvangen.