JWB 2017/171
Prejudiciële beslissing, oneerlijk beding in de zin van Richtlijn 93/13
HR 21-04-2017, ECLI:NL:HR:2017:773
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
21 april 2017
- Zaaknummer
16/04081
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Verbintenissenrecht (V)
Financieel recht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:773, Uitspraak, Hoge Raad, 21‑04‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:73, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑02‑2017
- Wetingang
Art. 392 Rv, 6:233 BW, art. 3 lid 1 en art. 4 lid 1 Richtlijn 93/13, 6:265 BW, 6:271 BW en 6:277 BW
Essentie
Prejudiciële beslissing, oneerlijk beding in de zin van Richtlijn 93/13
Samenvatting
Casus
Twee leaseovereenkomsten van A bij Dexia zijn beëindigd met een restschuld. Drie leaseovereenkomsten van A bij Dexia zijn beëindigd als gevolg van wanbetaling. Dexia vordert van A de nog resterende toekomstige rentetermijnen van die laatste drie overeenkomsten. Dexia baseert zich daarbij op twee bepalingen van haar voorwaarden die afwijken van de wettelijke regeling omtrent ontbinding.
Het hof heeft prejudiciële vragen gesteld over de bedingen in de algemene voorwaarden, die Dexia toestaan na ontbinding de toekomstige rentetermijnen in rekening te brengen.
Rechtsvraag
- 1.
Is art. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.