Einde inhoudsopgave
Wet dieren
Artikel 8.27 Getuigen en deskundigen
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2020
- Bronpublicatie:
22-02-2017, Stb. 2017, 82 (uitgifte: 09-03-2017, kamerstukken: 34086)
- Inwerkingtreding
01-01-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-12-2019, Stb. 2019, 507 (uitgifte: 24-12-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Agrarisch recht (V)
1.
Het veterinair tuchtcollege kan getuigen en deskundigen oproepen en horen op verzoek van de persoon over wie geklaagd is, op verzoek van de klager of ambtshalve. De oproeping geschiedt bij aangetekende brief. Het is degene die als getuige of deskundige is opgeroepen verboden geen gevolg te geven aan de oproeping.
2.
Indien een getuige of een deskundige niet verschijnt op de oproeping, doet de officier van justitie bij het arrondissementsparket Den Haag op verzoek van het veterinair tuchtcollege hem dagvaarden. Het is een getuige of deskundige verboden niet te verschijnen na dagvaarding.
3.
Indien een getuige of een deskundige niet verschijnt op de dagvaarding, bedoeld in het tweede lid, doet de officier van justitie bij de rechtbank te Den Haag op verzoek van het veterinair tuchtcollege hem nogmaals dagvaarden met, voor zover verzocht door het veterinair tuchtcollege, bevel tot medebrenging.
4.
Artikel 6:1:5 van het Wetboek van Strafvordering is van overeenkomstige toepassing.
5.
Ten aanzien van getuigen en deskundigen zijn de artikelen 217 tot en met 219 van het Wetboek van Strafvordering van overeenkomstige toepassing.
6.
De getuigen en deskundigen ontvangen indien zij dit verkiezen op vertoon van hun oproeping of dagvaarding een vergoeding overeenkomstig het bepaalde bij of krachtens de Wet tarieven in strafzaken.