NJB 2011, 1280
HR, 31-05-2011, nr. 10/01124
HR 31-05-2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ0758
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
31 mei 2011
- Magistraten
Mrs. Koster, De Savornin Lohman en Loth
- Zaaknummer
10/01124
- Conclusie
A-G Hofstee
- LJN
BQ0758
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2011:BQ0758, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 31‑05‑2011
ECLI:NL:PHR:2011:BQ0758, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑03‑2011
- Wetingang
Essentie
Het beroep op de nietigheid van de inleidende dagvaarding, die de verdachte nooit ontvangen zou hebben, kan in cassatie niet met vrucht worden ingeroepen nu de dagvaarding in hoger beroep in persoon (via de gemachtigde raadsman van de verdachte) is uitgereikt en de verdediging in hoger beroep daarover had kunnen klagen maar dat niet heeft gedaan (HR 12 maart 2002, NJ 2002/317)
Uitspraak
De verdachte werd in hoger beroep bij verstek veroordeeld tot een geldboete van € 500 en ontzegging van de rijbevoegdheid gedurende vier maanden wegens overtreding van art. 30 Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.