RAV 2015/103
Internationaal goederentransport. Heeft een feitelijk vervoerder in het geval er naast de ‘papieren’ vervoerder slechts één feitelijk vervoerder is, te gelden als opvolgend vervoerder in de zin van art. 34 CMR?
HR 11-09-2015, ECLI:NL:HR:2015:2528 (C &J Veldhuizen Holding/Beurskens Allround Cargo)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
11 september 2015
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, C.A. Streefkerk, G. de Groot, M.V. Polak, T.H. Tanja- van den Broek
- Zaaknummer
14/03211
- Conclusie
A-G mr. P. Vlas
- Roepnaam
C &J Veldhuizen Holding/Beurskens Allround Cargo
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS922085:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Vervoersrecht / Algemeen
Vervoersrecht / Wegvervoer
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:2528, Uitspraak, Hoge Raad, 11‑09‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:691, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 22‑05‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 04‑06‑2014
- Wetingang
Art. 34-40 CMR
Essentie
Internationaal goederentransport.
Heeft een feitelijk vervoerder in het geval er naast de ‘papieren’ vervoerder slechts één feitelijk vervoerder is, te gelden als opvolgend vervoerder in de zin van art. 34 CMR? Is de opvolgend vervoerder gebonden aan de uitspraak in de procedure tussen de ‘papieren’ vervoerder en de ladingbelanghebbende indien hij de gelegenheid heeft gekregen zich daarin te voegen of tussen te komen?
Samenvatting
Trans-O-Flex heeft aan verweerster opdracht gegeven tot het vervoer van computerapparatuur van Nederland naar Duitsland. Verweerster heeft vervolgens eiseres opgedragen het vervoer uit te voeren. Eiseres heeft de goederen op vrijdag 21 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.