Einde inhoudsopgave
Regeling voertuigen
Artikel 5.7a.42
Geldend
Geldend van 05-01-2021 tot 01-01-2025
- Bronpublicatie:
30-12-2020, Stcrt. 2021, 568 (uitgifte: 04-01-2021, regelingnummer: IENW/BSK-2020/143233)
- Inwerkingtreding
05-01-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-12-2020, Stcrt. 2021, 568 (uitgifte: 04-01-2021, regelingnummer: IENW/BSK-2020/143233)
- Vakgebied(en)
Verkeersrecht / Voertuigeisen
Vervoersrecht / Bijzondere onderwerpen
Eisen | Wijze van keuren | |
---|---|---|
1. | Voor- en zijruiten van mobiele machines mogen: a. niet in ernstige mate beschadigd zijn; b. niet zijn voorzien van onnodige voorwerpen die het uitzicht van de bestuurder belemmeren. | Visuele controle. |
2. | Mobiele machines moeten zodanig zijn gebouwd of ingericht dat er vanaf de bestuurderszitplaats voldoende uitzicht naar voren en opzij is. | Visuele controle, door een persoon van gemiddeld gestalte die op gebruikelijke wijze is gezeten op de voor hem in de juiste rijstand gestelde bestuurderszitplaats. In geval van twijfel wordt gemeten volgens de volgende methode: – vanuit een punt op de grond recht onder de oogpunten van de bestuurder wordt een halve denkbeeldige cirkel getrokken van 12,00 m; – naar voren gezien mogen binnen een afstand van 9,50 m op dezelfde hoogte als de denkbeeldige cirkel één of twee objecten van maximaal 0,70 m breed zijn afgeschermd; – naar de zijkant gezien mogen één of twee objecten van maximaal 1,50 m breed zijn afgeschermd. |
3. | Om te voldoen aan het tweede lid mogen ook inrichtingen voor indirect zicht worden gebruikt. |