Belastingadvies 2021/4.5
Deelnemingsvrijstelling niet van toepassing bij ‘short cum/ex-transactie’
HR 06-11-2020, ECLI:NL:HR:2020:1738
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
6 november 2020
- Zaaknummer
18/04686
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS252213:1
- Vakgebied(en)
Vennootschapsbelasting / Deelnemingsvrijstelling
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1738, Uitspraak, Hoge Raad, 06‑11‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑06‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:607, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑06‑2019
- Wetingang
Art. 7 Wet DB 1965
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat de deelnemingsvrijstelling niet van toepassing is op het door X bv met de cum/ex-transactie gerealiseerde voordeel. Het cum/ex-voordeel is niet aan te merken als een door X bv uit haar aandeelhouderschap genoten voordeel uit hoofde van een deelneming. De Hoge Raad vult tevens de Falcons-jurisprudentie verder in.
Samenvatting
X bv, is een marketmaker. In verband met het door het Duitse E AG aangekondigde superdividend, neemt X bv zich voor om een zogenoemde ‘cum/ex-transactie’ aan te gaan. X bv dekt vervolgens het kopersrisico op diverse manieren af. Door een mismatch in de Duitse dividendbelastingwetgeving ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.