BNB 2018/145
Schriftelijke vastlegging niet vereist voor totstandkoming vaststellingsovereenkomst
HR 08-06-2018, ECLI:NL:HR:2018:865, m.nt. E.B. Pechler
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
8 juni 2018
- Magistraten
Mrs. Van Loon, Van Kalmthout, Faase
- Zaaknummer
16/04239
- Conclusie
A-G IJzerman
- Noot
E.B. Pechler
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS177200:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht / Standpuntbepaling
Fiscaal bestuursrecht / Boete
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:865, Uitspraak, Hoge Raad, 08‑06‑2018
ECLI:NL:PHR:2017:496, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 24‑05‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 02‑10‑2016
- Wetingang
Par. 5 lid 11 en par. 6 lid 1 BFB; art. 7:900 BW
Essentie
Schriftelijke vastlegging niet vereist voor totstandkoming vaststellingsovereenkomst
Samenvatting
Aan belanghebbende, een BV, is onder meer een vergrijpboete opgelegd. Na het daartegen gemaakte bezwaar is tussen de directeur-grootaandeelhouder van belanghebbende en de Inspecteur overleg gevoerd. De Inspecteur heeft daarop aan belanghebbende een brief verzonden, waarin hij schrijft dat aan belanghebbende een compromis is aangeboden om de boete op € 10.000 vast te stellen en dat belanghebbende dit compromis heeft geaccepteerd. Aan het verzoek een exemplaar van de brief voor akkoord te ondertekenen en te retourneren, heeft belanghebbende niet voldaan. In het rapport van het boekenonderzoek staat dat in goed overleg tussen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.