Einde inhoudsopgave
Reglement voor de procesvoering van het Hof van Justitie
Artikel 37 Bepaling van de procestaal
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2020
- Redactionele toelichting
Goedgekeurd door de Raad op 08-11-2019.
- Bronpublicatie:
26-11-2019, PbEU 2019, L 316 (uitgifte: 06-12-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-11-2019, PbEU 2019, L 316 (uitgifte: 06-12-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Instituties
EU-recht / Rechtsbescherming
1.
In rechtstreekse beroepen wordt de procestaal gekozen door de verzoeker, onder voorbehoud van de volgende bepalingen:
- a)
wanneer de verweerder een lidstaat is, is de procestaal de officiële taal van die staat; zijn er meerdere officiële talen, dan kan de verzoeker daaruit een keuze maken;
- b)
op gemeenschappelijk verzoek van partijen kan toestemming worden verleend tot het geheel of gedeeltelijk bezigen van een andere in artikel 36 vermelde taal;
- c)
op verzoek van een partij kan in afwijking van het sub a en b bepaalde, de andere partij en de advocaat-generaal gehoord, toestemming worden verleend tot het geheel of gedeeltelijk bezigen van een andere in artikel 36 vermelde taal als procestaal; dit verzoek kan niet worden ingediend door een instelling van de Europese Unie.
2.
Onverminderd het sub b en c in het vorige lid alsook het in artikel 38, leden 4 en 5, van dit Reglement bepaalde
- a)
is de procestaal in een hogere voorziening tegen de beslissingen van het Gerecht als bedoeld in de artikelen 56 en 57 van het Statuut, die van de beslissing van het Gerecht waartegen de hogere voorziening is gericht;
- b)
is de procestaal, wanneer het Hof overeenkomstig artikel 62, tweede alinea, van het Statuut beslist tot heroverweging van een beslissing van het Gerecht, die van de beslissing van het Gerecht waarop de heroverweging betrekking heeft;
- c)
is de procestaal in geval van betwistingen van de invorderbare kosten, verzet tegen een bij verstek gewezen arrest, derdenverzet en verzoeken om uitlegging of herziening of tot herstel van een verzuim om te beslissen, de taal van de beslissing waarop deze verzoeken of betwistingen betrekking hebben.
3.
In prejudiciële procedures is de procestaal die van de verwijzende rechter. Op naar behoren met redenen omkleed verzoek van een partij in het hoofdgeding kan, de andere partij in het hoofdgeding en de advocaat-generaal gehoord, toestemming worden verleend tot het bezigen van een andere in artikel 36 vermelde taal tijdens het mondelinge gedeelte van de procedure. Indien zij wordt verleend, geldt de toestemming om deze andere taal te bezigen voor al de in artikel 23 van het Statuut bedoelde belanghebbenden.
4.
De beslissing over de hierboven vermelde verzoeken kan worden genomen door de president; deze kan, en wanneer hij daarin wil toestemmen zonder akkoord van alle partijen, moet, het verzoek voorleggen aan het Hof.