FED 2024/38
Opbrengstgerechtigde kan dividendbelasting als voorheffing terugvragen indien hij vrijelijk over de dividenden kan beschikking en niet als zaakwaarnemer of lasthebber optreedt.
HR 19-01-2024, ECLI:NL:HR:2024:49, m.nt. dr. G.F. Boulogne
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
19 januari 2024
- Magistraten
Mrs. Van Hilten, Van Eijsden, Fierstra, Faase, Cools
- Zaaknummer
20/01884
- Conclusie
A-G Wattel
- Noot
dr. G.F. Boulogne
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS957657:1
- Vakgebied(en)
Dividendbelasting / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Algemeen
Dividendbelasting / Voorwerp van belasting
- Brondocumenten
Beroepschrift, Hoge Raad, 19‑01‑2024
ECLI:NL:HR:2024:49, Uitspraak, Hoge Raad, 19‑01‑2024
ECLI:NL:PHR:2021:79, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 28‑01‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 24‑09‑2020
- Wetingang
Art. 25 Wet VPB 1969
Essentie
Opbrengstgerechtigde kan dividendbelasting als voorheffing terugvragen indien hij vrijelijk over de dividenden kan beschikking en niet als zaakwaarnemer of lasthebber optreedt.
Samenvatting
Belanghebbende was aandeelhouder geworden van een groot pakket AEX-aandelen. Belanghebbende verkocht voor aanzienlijke bedragen futures (rechten op de toekomstige inkomsten) op deze aandelen, als gevolg waarvan hij primair juridisch en in beperktere mate economisch eigenaar was van deze aandelen. Belanghebbende leende dit aandelenpakket vervolgens uit aan haar in het Verenigd Koninkrijk gevestigde grootmoederschap, in ruil voor o.a. een stocklending fee. Vlak voor dividenduitkering op deze aandelen keerden de aandelen steeds kortstondig terug in een Frans depot ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.