Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2011/61/EU beheerders alternatieve beleggingsinstellingen en tot wijziging van de Richtlijnen 2003/41/EG en 2009/65/EG en van de Verordeningen (EG) nr. 1060/2009 en (EU) nr. 1095/2010
Artikel 25 Gebruik van informatie door bevoegde autoriteiten, samenwerking tussen toezichthouders en grenzen aan hefboomfinanciering
Geldend
Geldend vanaf 15-04-2024
- Bronpublicatie:
13-03-2024, PbEU L 2024, 2024/927 (uitgifte: 26-03-2024, regelingnummer: 2024/927)
- Inwerkingtreding
15-04-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-03-2024, PbEU L 2024, 2024/927 (uitgifte: 26-03-2024, regelingnummer: 2024/927)
- Overige regelgevende instantie(s)
Europese Unie
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
De lidstaten zorgen ervoor dat de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van herkomst van de abi-beheerder op basis van de ingevolge artikel 24 te verzamelen informatie bepalen in hoever het gebruik van hefboomfinanciering tot een toename van het systeemrisico in het financiële stelsel leidt, het gevaar van chaotische marktomstandigheden vergroot of risico's oplevert voor een duurzame groei van de economie.
2.
De bevoegde autoriteiten van de lidstaat van herkomst van de abi-beheerder zorgen ervoor dat alle uit hoofde van artikel 24 verzamelde informatie met betrekking tot alle abi-beheerders waarop zij toezicht houden, en de krachtens artikel 7 verzamelde informatie ter beschikking wordt gesteld van andere relevante bevoegde autoriteiten, de ESMA, EBA, de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen), opgericht bij Verordening (EU) nr. 1094/2010 van het Europees Parlement en de Raad (1) (samen de ‘Europese toezichthoudende autoriteiten’ of ‘ETA's’ genoemd), en het ESRB, telkens wanneer dit voor de uitvoering van hun taken nodig is, volgens de in artikel 50 uiteengezette procedures.
De bevoegde autoriteiten van de lidstaten van herkomst van de abi-beheerders zorgen ervoor dat alle krachtens artikel 24 verzamelde informatie met betrekking tot alle onder hun toezicht staande abi-beheerders uitsluitend voor statistische doeleinden aan het ESCB ter beschikking wordt gesteld volgens de in artikel 50 uiteengezette procedures.
De bevoegde autoriteiten van de lidstaat van herkomst van de abi-beheerder verstrekken onverwijld via de in artikel 50 uiteengezette procedures en bilateraal informatie aan de bevoegde autoriteiten van andere rechtstreeks betrokken lidstaten, indien een onder hun verantwoordelijkheid vallende abi-beheerder, of een door die abi-beheerder beheerde abi, een belangrijke bron van tegenpartijrisico zou kunnen vormen voor een kredietinstelling of andere systeemrelevante instellingen in andere lidstaten, of voor de stabiliteit van het financiële stelsel in een andere lidstaat.
3.
De abi-beheerder moet aantonen dat de hefboomfinancieringslimieten die hij hanteert voor elke abi die hij beheert, redelijk zijn en dat hij zich te allen tijde aan deze limieten houdt. De bevoegde autoriteiten beoordelen de risico's die het gebruik van hefboomfinanciering door een abi-beheerder ten aanzien van de door hem beheerde abi met zich mee kan brengen, en wanneer dit noodzakelijk wordt geacht om de stabiliteit en integriteit van het financiële stelsel te waarborgen, stellen de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van herkomst van de abi-beheerder, na kennisgeving aan de ESMA, het ESRB en de voor de relevante abi bevoegde autoriteiten, bovengrenzen aan de mate van hefboomfinanciering die door de abi-beheerder mag worden gebruikt of leggen ze andere beperkingen op met betrekking tot het beheer van de door hem beheerde abi's, met als doel de mate waarin het gebruik van hefboomfinanciering tot een toename van het systeemrisico in het financiële stelsel leidt of het gevaar van chaotische marktomstandigheden vergroot, te beperken. De bevoegde autoriteiten van de lidstaat van herkomst van de abi-beheerder stellen de ESMA en het ESRB en eventueel de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van herkomst van de abi naar behoren in kennis van de maatregelen die in dat verband zijn genomen, conform de procedures van artikel 50.
4.
De in lid 3 bedoelde kennisgeving moet plaatsvinden ten laatste tien werkdagen voordat de voorgestelde maatregel geacht wordt in werking te treden of te worden hernieuwd. De kennisgeving omvat een gedetailleerde beschrijving van de voorgestelde maatregel, de redenen voor de maatregelen en het moment waarop de inwerkingtreding van de maatregel gepland is. In uitzonderlijke omstandigheden kunnen de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van herkomst van de abi-beheerder besluiten dat de voorgestelde maatregel vóór het einde van de in de eerste zin bedoelde periode van kracht wordt.
5.
De ESMA vervult een bevorderende en coördinerende rol en probeert er in het bijzonder voor te zorgen dat de bevoegde autoriteiten een coherente aanpak hanteren bij het voorstellen van maatregelen conform lid 3.
6.
Na ontvangst van de in lid 3 bedoelde kennisgeving verstrekt de ESMA de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van herkomst van de abi-beheerder advies over de maatregel die wordt voorgesteld of genomen. Dit advies kan toegespitst zijn op de vraag of de voorwaarden voor het ondernemen van actie vervuld zijn, de gepastheid en de looptijd van de maatregelen.
7.
De ESMA kan op grond van de overeenkomstig lid 2 ontvangen informatie en met inachtneming van enig advies van het ESRB vaststellen of de hefboomfinanciering waarmee een abi-beheerder of een groep van abi-beheerders werkt, een wezenlijk risico vormt voor de stabiliteit en de integriteit van het financiële stelsel en kan de bevoegde autoriteiten advies verstrekken betreffende de vereiste herstelmaatregelen, met inbegrip van de limieten ter beperking van de hefboomfinanciering waarmee deze abi-beheerder of deze groep van abi-beheerders mogen werken. De ESMA moet de bevoegde autoriteiten, het ESRB en de Commissie onverwijld in kennis stellen van dergelijke vaststellingen.
8.
Als een bevoegde autoriteit voorstelt om actie te ondernemen die in strijd is met het in lid 6 of 7 genoemde advies van de ESMA, stelt zij de ESMA hiervan in kennis en geeft ze de redenen hiervoor op. Het feit dat een bevoegde autoriteit haar advies naast zich neerlegt of voornemens is het naast zich neer te leggen, kan door de ESMA bekendgemaakt worden. De ESMA kan eveneens per geval besluiten de redenen bekend te maken die de bevoegde autoriteit aanvoert om het advies naast zich neer te leggen. De bevoegde autoriteiten in kwestie worden vooraf van deze bekendmaking op de hoogte gebracht.
9.
De Commissie stelt middels gedelegeerde handelingen overeenkomstig artikel 56 en onder de voorwaarden van de artikelen 57 en 58 maatregelen vast met beginselen tot precisering van de omstandigheden waarin bevoegde autoriteiten de bepalingen van lid 3 toepassen, waarbij rekening wordt gehouden met verschillende strategieën van abi's, verschillende marktomstandigheden waarin abi's opereren, en mogelijke procyclische effecten die uit de toepassing van de bepalingen voortvloeien.
Voetnoten
Verordening (EU) nr. 1094/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/79/EG van de Commissie (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 48).