Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsbesluit accijns
Artikel 23
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2010
- Redactionele toelichting
Dit artikel, zoals het luidde onmiddellijk voorafgaande aan de datum van inwerkingtreding van deze wijziging, blijft van toepassing voor zover het betrekking heeft op de heffing van accijns waarvan de feiten die aanleiding geven tot het ontstaan van de verschuldigdheid van die accijns zich hebben voorgedaan vóór de dag van de inwerkingtreding van deze wijziging.
- Bronpublicatie:
23-12-2009, Stb. 2009, 614 (uitgifte: 29-12-2009, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-04-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-12-2009, Stb. 2009, 614 (uitgifte: 29-12-2009, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Accijns en verbruiksbelastingen (V)
1.
Vrijstelling van accijns ter zake van de uitslag tot verbruik van accijnsgoederen die worden gebruikt voor onderzoek, kwaliteitscontroles en smaaktesten buiten een accijnsgoederenplaats wordt verleend indien de vergunninghouder van de accijnsgoederenplaats van waaruit de accijnsgoederen worden uitgeslagen dan wel degene die de goederen invoert, in het bezit is van een vergunning van de inspecteur waaruit blijkt dat hij de desbetreffende accijnsgoederen met vrijstelling mag uitslaan dan wel invoeren.
2.
De vergunning wordt op verzoek verleend. In het verzoek om de vergunning worden vermeld:
- a.
de soort, de hoeveelheid en de voor de accijnsheffing van belang zijnde samenstelling van de accijnsgoederen;
- b.
de naam en het adres van de inrichting waar de accijnsgoederen zullen worden onderzocht, gecontroleerd of getest;
- c.
de aard en het doel van het onderzoek, de controle of de test; en
- d.
de bestemming van de eventueel resterende accijnsgoederen na afloop van het onderzoek, de controle of de test.
3.
Bij het verzoek om de vergunning moet de schriftelijke opdracht voor de in het eerste lid bedoelde onderzoeken, controles of testen worden overgelegd.
4.
De vergunning kan worden verleend voor een bepaalde periode of voor periodiek wederkerende onderzoeken, controles of testen. De in het tweede lid bedoelde opdrachten dienen alsdan afzonderlijk per onderzoek, controle of test uit de administratie te blijken.
5.
De accijnsgoederen die na afloop van de in het eerste lid bedoelde onderzoeken, controles of testen resteren moeten na de onderzoeken, controles of testen worden overgebracht naar een accijnsgoederenplaats, worden uitgevoerd of onder ambtelijk toezicht worden vernietigd.