RvdW 2017/1200
Prejudiciële beslissing op voet van art. 392 Rv. Uitbetaling van niet-genoten vakantiedagen (art. 7:641 BW); boedelschuld in zin van art. 40 lid 2 Fw?; HR komt niet terug van 3 december 1999, NJ 2000/53 (LISV/Wilderink q.q.). Kan curator werknemer verplichten tot opnemen vakantiedagen ter voorkoming van boedelschuld?
HR 17-11-2017, ECLI:NL:HR:2017:2907
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
17 november 2017
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, G. de Groot, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
17/01157
- Conclusie
A-G mr. E.B. Rank-Berenschot
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Insolventierecht / Faillissement
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:2907, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 17‑11‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:1094, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑10‑2017
- Wetingang
Essentie
Prejudiciële beslissing op voet van art. 392 Rv. Uitbetaling van niet-genoten vakantiedagen (art. 7:641 BW); boedelschuld in zin van art. 40 lid 2 Fw?; HR komt niet terug van 3 december 1999, NJ 2000/53 (LISV/Wilderink q.q.). Kan curator werknemer verplichten tot opnemen vakantiedagen ter voorkoming van boedelschuld?
De in HR 3 december 1999, NJ 2000/53 (LISV/Wilderink q.q.) gegeven oordelen komen erop neer dat (i) bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst de aanspraak op uitkering in geld wegens niet-genoten vakantiedagen dient te worden aangemerkt ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.