NJB 2012/2424
Toepassing maatstaven voorbedachte raad uit HR 28 februari 2012, LJN BR2342, NJ 2012/518. Voor ‘voorbedachte raad’ is vereist dat de verdachte zich gedurende enige tijd heeft kunnen beraden op het te nemen of het genomen besluit en dat hij niet heeft gehandeld in een ogenblikkelijke gemoedsopwelling, zodat hij de gelegenheid heeft gehad na te denken over de betekenis en de gevolgen van zijn voorgenomen daad en zich daarvan rekenschap te geven. In casu sprake van contra-indicaties hieromtrent nu de verdachte ‘een waas voor ogen zou hebben gehad’
HR 09-10-2012, ECLI:NL:HR:2012:BX8087
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
9 oktober 2012
- Magistraten
(Mrs. A.J.A. van Dorst, B.C. de Savornin Lohman en J. de Hullu)
- Zaaknummer
11/03453
- LJN
BX8087
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2012:BX8087, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑10‑2012
ECLI:NL:HR:2012:BX8087, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 09‑10‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 05‑12‑2011
- Wetingang
Essentie
Toepassing maatstaven voorbedachte raad uit HR 28 februari 2012, LJN BR2342, NJ 2012/518. Voor ‘voorbedachte raad’ is vereist dat de verdachte zich gedurende enige tijd heeft kunnen beraden op het te nemen of het genomen besluit en dat hij niet heeft gehandeld in een ogenblikkelijke gemoedsopwelling, zodat hij de gelegenheid heeft gehad na te denken over de betekenis en de gevolgen van zijn voorgenomen daad en zich daarvan rekenschap te geven. In casu sprake van contra-indicaties hieromtrent nu de verdachte ‘een waas voor ogen zou hebben gehad’
Uitspraak
Inleiding:
Verdachte is veroordeeld voor moord op zijn voormalige echtgenote. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.