Einde inhoudsopgave
Uitvoeringswet internationale inning levensonderhoud
Artikel 3 [Optreden in en buiten rechte]
Geldend
Geldend vanaf 01-09-2017
- Bronpublicatie:
13-07-2016, Stb. 2016, 290 (uitgifte: 21-07-2016, kamerstukken: 34212)
- Inwerkingtreding
01-09-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-04-2017, Stb. 2017, 174 (uitgifte: 04-05-2017, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Alimentatie
Internationaal privaatrecht / Internationaal bevoegdheidsrecht
Internationaal privaatrecht / Internationaal erkennings- en executierecht
1.
De centrale autoriteit treedt op verzoek van de centrale autoriteit van een verzoekende staat in en buiten rechte op ten behoeve van degene die zich met een verzoek als bedoeld in artikel 10 van het verdrag of artikel 56 van de verordening tot de centrale autoriteit van de verzoekende staat heeft gewend. De centrale autoriteit treedt eveneens in en buiten rechte op ten behoeve van de centrale autoriteit die zich met een verzoek als bedoeld in artikel 7 van het verdrag of artikel 53 van de verordening tot haar heeft gewend.
2.
De centrale autoriteit behoeft, indien zij in rechte optreedt, in zaken waarbij in eerste aanleg en in hoger beroep een verzoek wordt ingediend, niet de bijstand van een advocaat.