RvdW 2011/842
Verbintenis tot een niet-doen; hoofdelijke verbintenis?
HR 08-07-2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ0593 (Jurrius/Dobbelaar)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
8 juli 2011
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, W.D.H. Asser, C.E. Drion
- Zaaknummer
09/04087
- Conclusie
A-G Wuisman
- LJN
BQ0593
- Roepnaam
Jurrius/Dobbelaar
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2011:BQ0593, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 08‑07‑2011
ECLI:NL:PHR:2011:BQ0593, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 01‑04‑2011
Beroepschrift, Hoge Raad, 02‑09‑2009
- Wetingang
Essentie
Verbintenis tot een niet-doen; hoofdelijke verbintenis?
Van een hoofdelijke verbintenis is sprake als de hoofdelijk verbonden schuldenaren zich tegenover de schuldeiser hebben verbonden dezelfde prestatie te verrichten. Zoals in art. 6:7 lid 2 BW is bepaald, bevrijdt nakoming door een van de hoofdelijk verbonden schuldenaren ook zijn medeschuldenaren tegenover de schuldeiser. Voor het geval de schuldenaren zich hebben verbonden tot een niet-doen, volgt daaruit dat deze verbintenis geen hoofdelijke verbintenis is in de zin van art. 6:6 BW.
Samenvatting
Eisers tot cassatie hebben een perceel grond waarop zich een groot aantal bomen bevond, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.