Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2018/1805 inzake de wederzijdse erkenning van bevriezingsbevelen en confiscatiebevelen
Artikel 23 Recht dat van toepassing is op de tenuitvoerlegging
Geldend
Geldend vanaf 18-12-2018
- Bronpublicatie:
14-11-2018, PbEU 2018, L 303 (uitgifte: 28-11-2018, regelingnummer: 2018/1805)
- Inwerkingtreding
18-12-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-11-2018, PbEU 2018, L 303 (uitgifte: 28-11-2018, regelingnummer: 2018/1805)
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Europees strafrecht en strafprocesrecht
Internationaal strafrecht / Justitiële en politionele samenwerking
1.
Op de tenuitvoerlegging van een bevriezingsbevel of een confiscatiebevel is het recht van de uitvoerende staat van toepassing en de autoriteiten van die staat zijn als enige bevoegd te beslissen over de procedures betreffende de tenuitvoerlegging en alle daarop betrekking hebbende maatregelen.
2.
Een bevriezingsbevel of een confiscatiebevel dat is uitgevaardigd tegen een rechtspersoon, wordt ten uitvoer gelegd, zelfs als de uitvoerende staat het beginsel van de strafrechtelijke aansprakelijkheid van rechtspersonen niet erkent.
3.
Niettegenstaande artikel 18, leden 2 en 3, mag de uitvoerende staat zonder de toestemming van de uitvaardigende staat geen maatregelen opleggen als alternatief voor het bevriezingsbevel dat is toegezonden op grond van artikel 4 of het confiscatiebevel dat is toegezonden op grond van artikel 14.