Einde inhoudsopgave
RvdW 2011/232
Strafoplegging in strijd met art. 14a Sr zoals dat tijdens feiten luidde.
HR 01-02-2011, ECLI:NL:HR:2011:BO6486
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
1 februari 2011
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, H.A.G. Splinter-van Kan, W.F. Groos
- Zaaknummer
09/00097
- Conclusie
A-G Vellinga
- LJN
BO6486
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2011:BO6486, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 01‑02‑2011
ECLI:NL:PHR:2011:BO6486, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑11‑2010
Essentie
Strafoplegging in strijd met art. 14a Sr zoals dat tijdens feiten luidde.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam van 18 december 2008, nummer 23/004150-07, in de strafzaak tegen: [Verdachte]. Adv. mr. B.A.F. van Drimmelen, te Amsterdam.
Conclusie
Conclusie A-G mr. Vellinga:
1.
Verdachte is door het Gerechtshof te Amsterdam wegens 1 ‘deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven’ en 2, 3 en 4 telkens ‘uit gewoonte medeplegen van mensensmokkel’ veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 46 maanden, waarvan ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.