Einde inhoudsopgave
Scheepsafvalstoffenbesluit Rijn- en binnenvaart
Artikel 68
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2024
- Redactionele toelichting
Treedt in werking met ingang van de dag zes maanden nadat de laatste akte van aanvaarding van de wijzigingen van het CDNI-verdrag door een verdragsstaat bij de depositaris is gedeponeerd, doch niet later dan met ingang van 01-07-2024.
- Bronpublicatie:
28-05-2020, Stb. 2020, 170 (uitgifte: 17-06-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-05-2023, Stb. 2023, 200 (uitgifte: 16-06-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Afval
Vervoersrecht / Binnenvaart
Waterrecht (V)
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
1.
Het in ontvangst nemen van afvalwater dat ladingrestanten bevat wordt bevestigd door invulling en ondertekening van de daartoe bestemde rubrieken van de ingevolge artikel 66 voorgelegde losverklaring in tweevoud voorgelegde verklaringen. De ontvangstvoorziening bezorgt na ondertekening een exemplaar van de ondertekende losverklaring terug aan de schipper.
2.
Indien het schip, overeenkomstig artikel 47, tweede lid, naar een ontvangstvoorziening voor het ontgassen is doorverwezen bevestigt de exploitant van deze voorziening de ontgassing van het schip in de losverklaring.
3.
De exploitant van de ontvangstvoorziening voor het ontgassen dient een kopie van de door hem en de schipper ingevulde en ondertekende losverklaring gedurende ten minste zes maanden na afgifte in zijn bedrijfsadministratie te bewaren.
4.
Degene die de ontvangstvoorziening exploiteert als bedoeld in artikel 67 bewaart een exemplaar van de door hem, de ladingontvanger of de overslaginstallatie, en de schipper ingevulde en ondertekende losverklaring gedurende ten minste zes maanden na afgifte in zijn administratie.
5.
De schipper bewaart de van de ontvangstvoorziening terugontvangen ondertekende losverklaring gedurende ten minste zes maanden aan boord.
6.
De exploitant van het schip bewaart de van de ontvangstvoorziening terugontvangen ondertekende losverklaring in zijn bedrijfsadministratie.