Rb. Noord-Holland, 09-04-2020, nr. 8144323 19-5896
ECLI:NL:RBNHO:2020:4095
- Instantie
Rechtbank Noord-Holland
- Datum
09-04-2020
- Zaaknummer
8144323 19-5896
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBNHO:2020:4095, Uitspraak, Rechtbank Noord-Holland, 09‑04‑2020; (Eerste aanleg - enkelvoudig)
Uitspraak 09‑04‑2020
Inhoudsindicatie
aansprakelijkheid grondroerder voor schade aan kabel wegens schending van de op hem rustende lokaliseerplicht na KLIC-melding
Partij(en)
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Handel, Kanton en Bewind
locatie Zaanstad
Zaaknr./rolnr.: 8144323 \ CV EXPL 19-5896
Uitspraakdatum: 9 april 2020
Vonnis van de kantonrechter in de zaak van:
de naamloze vennootschap Liander N.V.
gevestigd te Arnhem
eiseres
verder te noemen: Liander
gemachtigde: mr. F.J. van Velsen
tegen
de besloten vennootschap Darico Infratechniek B.V.
gevestigd te Zwaag
gedaagde
verder te noemen: Darico
gemachtigde: D. Hoveling
1. Het procesverloop
1.1.
Liander heeft bij dagvaarding van 17 september 2019 een vordering tegen Darico ingesteld. Darico heeft schriftelijk geantwoord.
1.2.
Op 12 februari 2020 heeft een zitting plaatsgevonden. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht. Voorafgaand aan de zitting heeft Liander bij brief van 30 januari 2020 nog stukken toegezonden.
2. De feiten
2.1.
Liander is regionaal netbeheerder in de zin van de Gaswet en de Elektriciteitswet 1998 en heeft Darico, die zich onder meer bezighoudt met het ontwerpen, aanleggen en aansluiten van elektrotechnische bekabeling, opdracht gegeven voor het uitvoeren van mechanische werkzaamheden aan de Houtveldweg thv nr. 1 te Zaandam. Het betrof het doorzagen en verplaatsen van een KPN-kabel.
2.2.
Liander heeft Darico heeft bij brief van 15 maart 2017 een overzicht gezonden van de aanwezigheid van leidingen en kabels in het gebied van de graaflocatie.
2.3.
Op 24 april 2017 is tijdens de werkzaamheden schade ontstaan aan een middenspanningskabel uit 1982.
2.4.
Op 23 oktober 2017 heeft Liander Darico een bedrag van € 3.023,86 met betrekking tot voornoemde schade gefactureerd.
2.5.
Darico heeft Liander op 29 november 2017 om een specificatie van de schade verzocht. Liander heeft Darico daarop verwezen naar de specificatie van de factuur en meegedeeld dat de urenstaten van haar medewerkers als vertrouwelijk werd beschouwd.
3. De vordering
3.1.
Liander vordert dat de kantonrechter Darico veroordeelt tot betaling van € 3.621,54, vermeerderd met de wettelijke rente en de proceskosten.
3.2.
Liander legt aan de vordering ten grondslag – kort weergegeven – dat Darico onrechtmatig jegens haar heeft gehandeld, nu Darico voorafgaand aan de haar opgedragen werkzaamheden onvoldoende beschermende maatregelen heeft genomen om te bewerkstelligen dat geen schade aan eigendommen van derden, zou worden veroorzaakt. Bij het rooien van KPN-datakabel is door toedoen van Darico een middenspanningskabel beschadigd. Deze schade is aan Darico toe te rekenen. Darico weigert ten onrechte genoemde schade, begroot op € 3.023,86, te vergoeden. Omdat Darico in verzuim is, is zij ook wettelijke rente (tot de dagvaarding begroot op € 147,68) verschuldigd. Ook dient Darico de kosten van de vaststelling van de schade, de aansprakelijkheid en het verhaal van € 450,00 te betalen.
4. Het verweer
4.1.
Darico betwist de vordering. Zij voert aan – samengevat – dat zij er alles aan heeft gedaan om de schade te voorkomen, maar dat zij deze onmogelijk had kunnen voorkomen. Conform de richtlijnen dient een middenspanningskabel zich altijd dieper te bevinden dan een informatiekabel van de KPN. Daarom werd aangenomen dat de bovenste kabel een KPN-kabel betrof, waarbij conform opdracht een doorzaag-actie diende plaats te vinden. De netbeheerder zelf is verantwoordelijk, immers zij dient te weten waar haar eigendommen liggen. De kabel van de netbeheerder lag op de infrastructuur van KPN in plaats van 1,5 meter ernaast -zoals in de Klic-aanvraag van Liander was opgenomen- en was niet duidelijk herkenbaar en beschermd. Bovendien klopt de gestelde omvang van de schade niet, nu Darico zelf de kabel al had vrij gegraven en het lasgat had ‘verdicht’ met zand en straatwerk. Liander houdt ten aanzien van de gestelde schade informatie achter, waardoor het niet mogelijk deze verder te toetsen.
5. De beoordeling
5.1.
Tussen partijen is in geschil de vraag of Darico jegens Liander op grond van onrechtmatige daad aansprakelijk is voor de door Liander gestelde schade als gevolg van het per abuis doorzagen van de middenspanningskabel.
5.2.
De kantonrechter overweegt dat ingevolge het destijds geldende artikel 2 lid 2 van de Wet Informatie-uitwisseling ondergrondse netten (nader te noemen WION) Darico, als grondroerder, zijn werkzaamheden op zorgvuldige wijze dient te verrichten. Daartoe dient hij er volgens artikel 2 lid 3 WION ten minste voor te zorgen dat voor aanvang van de werkzaamheden een graafmelding is gedaan, onderzoek is verricht naar de precieze ligging van onderdelen van netten op de graaflocatie en dat op de graaflocatie de betreffende gebiedsinformatie aanwezig is. De kabel- en leidingbeheerder is verantwoordelijk voor het verstrekken van de juiste informatie. Deze informatie ziet overigens alleen op de ligging van kabels in het horizontale vlak en niet op de diepte waarop zij liggen. In de destijds geldende Richtlijn Zorgvuldig Graafproces (CROW 500, hierna te noemen de Richtlijn) wordt beschreven hoe het graafproces zorgvuldig kan worden uitgevoerd, zodat de kans op schade aan kabels en leidingen tot een minimum wordt beperkt. Bij de beoordeling van de zorgplicht van de grondroerder moet in beginsel daarbij worden aangesloten. Zoals de Hoge Raad op 25 mei 2018 heeft beslist (ECLI:NL:HR:2018:772) is uitgangspunt bij de WION dat de grondroerder er niet zonder meer op mag vertrouwen dat de hem verstrekte tekening aan de eisen van nauwkeurigheid voldoet. De werkelijke ligging van het net kan immers door tal van oorzaken van de tekening afwijken. Een en ander laat onverlet dat op de netbeheerder de verplichting rust zo nauwkeurig als redelijkerwijs van hem verlangd kan worden informatie over de ligging van het net te verstrekken, en dat een schending van deze verplichting kan leiden tot eigen schuld van de netbeheerder. Uiteindelijk gaat het volgens de Hoge Raad bij de aansprakelijkheid van graafschade aan kabels en leidingen om een afweging waarbij onder meer de bezwaarlijkheid van door de grondroerder en door de netbeheerder te nemen voorzorgsmaatregelen moet worden bezien, ook in hun onderlinge verhouding, en waarbij deze moet worden afgezet tegen de mogelijke gevolgen van het beschadigen van kabels of leidingen. Bij gebreke van concrete wettelijke normering, komt bij die afweging, en daarmee bij de invulling van de maatschappelijke zorgvuldigheid, groot gewicht toe aan de Richtlijn.
5.3.
Ter zitting heeft Darico nog aangevoerd dat de KPN-kabel op 60 cm diepte lag en de kabel van Liander op 50 cm diepte. Omdat geen andere kabel zichtbaar was, was het volgens Darico niet aannemelijk, dat het niet in de juiste kabel was, zodat zij aan haar zorgplicht heeft voldaan. Het had volgens Darico op de weg van Liander gelegen er voor te zorgen dat zij veilig had kunnen werken. Volgens Liander zijn aannames, zoals Darico heeft gedaan, in dit kader dodelijk, er moet zekerheid omtrent de verschillende kabels zijn, zodat je net zo lang moet zoeken totdat je de twee kabels vindt. De kantonrechter is van oordeel dat -zoals hierboven is overwogen- bij de invulling van de zorgplicht van Darico in beginsel bij de Richtlijn dient te worden aangesloten. Leidingen die volgens de tekening binnen het ‘zoekgebied’ of in een zone van 1,50 meter eromheen liggen, moeten hoe dan ook worden gelokaliseerd en wel zodanig dat de precieze ligging daarvan wordt vastgesteld. Als de grondroerder twijfelt wordt in de Richtlijn dringend aangeraden de hulp van de netbeheerder in te roepen. De onderzoeksplicht van Darico omvat niet alleen de inspanningsverplichting om op de tekening aangegeven kabels te zoeken, maar ook de resultaatsverplichting om deze daadwerkelijk te vinden (en de netbeheerder te informeren als de kabel niet wordt gevonden). Daarbij is van belang dat het een gegeven is dat kabels en leidingen na verloop van tijd door allerlei omstandigheden (bijvoorbeeld inklinken van de grond, wortelgroei, werkzaamheden) van plaats kunnen veranderen. Hij kan zich er dus niet met succes op beroepen dat een op de tekening aangegeven kabel ondanks zorgvuldig onderzoek niet wordt gevonden, ook niet als deze niet lag op de aangegeven plaats. Eventueel eigen schuld van de netbeheerder ontslaat de grondroerder niet van zijn lokaliseerplicht. Darico had er derhalve niet op mogen vertrouwen dat de volgens haar enig zichtbare kabel de juiste kabel was, maar had nader onderzoek moeten doen naar de tweede kabel. Een en ander leidt er toe dat Darico aansprakelijk is voor schade als gevolg van het beschadigen van de middenspanningskabel. Voor zover Darico een beroep op eigen schuld van Liander heeft gedaan, verwerpt de kantonrechter dit verweer, nu gesteld noch gebleken is dat Liander van de afwijkende ligging van de kabel op de hoogte was en haar verplichting om zo nauwkeurig als redelijkerwijs van hem verlangd kan worden informatie over de ligging van het net te verstrekken, heeft geschonden.
5.4.
Ten aanzien van de door Liander gestelde schade van € 3.023,86 neemt de kantonrechter als uitgangspunt dat Liander als gevolg van de onrechtmatige beschadiging recht heeft op vergoeding van de naar objectieve maatstaven berekende herstelkosten. In het onderhavige geval heeft Liander een specificatie gegeven van de concrete kosten die zij bij het herstel heeft gemaakt, bestaande uit kosten eigen personeel, materiaalkosten, en administratie-en behandelingskosten. Deze schadeopstelling is door Darico niet gemotiveerd bestreden, terwijl dit wel op haar weg had gelegen. Darico heeft immers volstaan met een verzoek om specificatie van de schade om zodoende een redelijk schadebedrag te kunnen vaststellen. De kantonrechter zal de gevorderde hoofdsom als niet voldoende betwist toewijzen, vermeerderd met de gevorderde wettelijke rente. Dat Darico mogelijk zelf ook herstelwerkzaamheden heeft verricht, doet aan het voorgaande niet af. De gevorderde kosten van € 450,00 zijn volgens Liander redelijke kosten ter vaststelling van schade, aansprakelijkheid en verhaal en als volgt door Liander toegelicht. Het gaat volgens Liander om een gebruikelijk forfaitair gestaffeld bedrag voor werkzaamheden in het kader van de administratieve vaststelling en afhandeling van de schade door haar financiële- en verhaalsafdeling (deels uitbesteed), zoals het verzamelen van alle relevante gegevens en het samenstellen van de schadeopstelling, het verzorgen van de aansprakelijkheidsstelling en correspondentie met de (verzekeraar) van Darico. De werkelijk kosten zijn volgens Liander aanzienlijk hoger. De kantonrechter stelt vast dat het om werkzaamheden gaat die redelijkerwijs noodzakelijk waren en dat de gevorderde kosten in omvang redelijk zijn, zodat de vordering ook in zoverre zal worden toegewezen.
5.5.
De proceskosten komen eveneens voor rekening van Darico, omdat zij ongelijk krijgt.
6. De beslissing
De kantonrechter:
6.1.
veroordeelt Darico tot betaling aan Liander van € 3.621,54, te vermeerderen met de wettelijke rente over € 3.023,86 vanaf 17 september 2019 tot aan de dag van de gehele betaling;
6.2.
veroordeelt Darico tot betaling van de proceskosten, die de kantonrechter aan de kant van Liander tot en met vandaag vaststelt op:
dagvaarding € 86,40
griffierecht € 486,00
salaris gemachtigde € 420,00 ;
6.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
6.4.
wijst de vordering voor het overige af.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.J. Jansen en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter