NJB 2017/2004
Scheiding tussen onderzoek en boeteoplegging (functiescheiding) binnen AFM. Het College ziet geen grond voor het oordeel dat de wetgever bedoeld heeft de functiescheidingsgedachte, ook voor zover deze uit een algemeen rechtsbeginsel zoals het zorgvuldigheidsbeginsel zou voortvloeien, een ruimere strekking te geven dan in art. 10:3 lid 4 Awb is neergelegd. Het zorgvuldigheidsbeginsel noch het verdedigingsbeginsel nopen ertoe dat AFM inzicht biedt in de contacten die hebben plaatsgevonden tussen de betrokken toezichthouder(s) enerzijds en de boetefunctionaris, bezwaarbehandelaar(s) en/of (de leden van) het bestuur van AFM anderzijds
- Instantie
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Datum
12 oktober 2017
- Magistraten
Mrs. Doolaard, Stuldreher, Verbeek
- Zaaknummer
16/768, 16/769, 17/180, 17/181
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Algemene beginselen van behoorlijk bestuur
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
- Brondocumenten
ECLI:NL:CBB:2017:326, Uitspraak, College van Beroep voor het bedrijfsleven, 12‑10‑2017
- Wetingang
(art. 10:3 Awb)
Essentie
Scheiding tussen onderzoek en boeteoplegging (functiescheiding) binnen AFM. Het College ziet geen grond voor het oordeel dat de wetgever bedoeld heeft de functiescheidingsgedachte, ook voor zover deze uit een algemeen rechtsbeginsel zoals het zorgvuldigheidsbeginsel zou voortvloeien, een ruimere strekking te geven dan in art. 10:3 lid 4 Awb is neergelegd. Het zorgvuldigheidsbeginsel noch het verdedigingsbeginsel nopen ertoe dat AFM inzicht biedt in de contacten die hebben plaatsgevonden tussen de betrokken toezichthouder(s) enerzijds en de boetefunctionaris, bezwaarbehandelaar(s) en/of (de leden van) het bestuur van AFM anderzijds
Uitspraak
De Stichting Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft twee verbonden rechtspersonen die inmiddels ...