NJ 2009, 359
EG-Betekeningsverordening; toepassingsgebied. Kinderalimentatie; vermeerdering verzoek; niet verschenen belanghebbende; overeenkomstige toepassing art. 130 lid 3 Rv. Hoge Raad doet zaak zelf af.
HR 10-07-2009, ECLI:NL:HR:2009:BI3435
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
10 juli 2009
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, E.J. Numann, W.A.M. van Schendel, C.A. Streefkerk, W.D.H. Asser
- Zaaknummer
08/02681
- Conclusie
A-G Rank-Berenschot
- LJN
BI3435
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Internationaal privaatrecht (V)
Burgerlijk procesrecht / Eerste aanleg
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
EU-recht (V)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2009:BI3435, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑07‑2009
ECLI:NL:PHR:2009:BI3435, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 24‑04‑2009
Beroepschrift, Hoge Raad, 20‑06‑2008
- Wetingang
Essentie
EG-Betekeningsverordening; toepassingsgebied. Kinderalimentatie; vermeerdering verzoek; niet verschenen belanghebbende; overeenkomstige toepassing art. 130 lid 3 Rv. Hoge Raad doet zaak zelf af.
De EG-Betekeningsverordening mist, ingevolge art. 1 lid 2, toepassing ingeval het adres van degene voor wie het stuk bestemd is, niet bekend is.
Overeenkomstige toepassing van art. 130 lid 3 Rv op de verzoekschriftprocedure betekent dat, overeenkomstig de aan die bepaling ten grondslag liggende gedachte (vermeden moet worden dat de gedaagde tot iets veroordeeld kan worden waarvan hij niet weet en niet kan weten dat en waarom ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.