JWB 2006/152
Gezag, ontvankelijkheid
HR 28-04-2006, ECLI:NL:HR:2006:AV0655
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
28 april 2006
- Zaaknummer
R05/112HR
- LJN
AV0655
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Gezag en omgang
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2006:AV0655, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 28‑04‑2006
ECLI:NL:HR:2006:AV0655, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 28‑04‑2006
Beroepschrift, Hoge Raad, 18‑08‑2005
- Wetingang
Art. 1:252 BW; art. 1:253c lid 1 BW; art. 1:253e BW; art. 6 EVRM; art. 8 EVRM
Essentie
Gezag, ontvankelijkheid
Samenvatting
Casus
Partijen hebben een affectieve relatie gehad. Daaruit zijn in 1999 een dochter en in 2002 een zoon geboren. De vader heeft de kinderen erkend. Partijen hebben gezamenlijk gezag over de dochter. De moeder is van rechtswege belast met het ouderlijk gezag over de zoon. Op 6 september 2004 verzoekt de vader de Rechtbank te bepalen dat zowel hij als de moeder voortaan gezamenlijk als ouders worden belast met het gezag over de zoon. De moeder bestrijdt het verzoek. Bij beschikking van 15 december 2004 verklaart de Rechtbank de vader ontvankelijk en wijst het verzoek toe. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.