Europees Vestigingsverdrag
Einde inhoudsopgave
Europees Vestigingsverdrag:Artikel 11
Europees Vestigingsverdrag
Artikel 11
Geldend
Documentgegevens:
Geldend vanaf 23-02-1965
- Bronpublicatie:
13-12-1955, Trb. 1957, 20 (uitgifte: 11-02-1957, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
23-02-1965
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-04-1970, Trb. 1970, 56 (uitgifte: 01-01-1970, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
Onderdanen van een Verdragsluitende Partij aan wie door een andere Partij is toegestaan gedurende een bepaalde periode een op winst gerichte activiteit uit te oefenen, mogen, gedurende die periode, niet worden onderworpen aan beperkingen waarin op het ogenblik waarop de machtiging aan hen werd verleend niet was voorzien, tenzij zodanige beperkingen onder gelijke omstandigheden eveneens van toepassing zijn op onderdanen van die andere Partij.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.