NJB 2021/2616
Erfdienstbaarheid van weg en van parkeren. Het hof legt de in het geding zijnde erfdienstbaarheden aldus uit dat een auto die op het pad wordt geparkeerd, naast de schutting moet worden geparkeerd. Hoge Raad: De door het hof aan de erfdienstbaarheden gegeven uitleg is onbegrijpelijk.
HR 01-10-2021, ECLI:NL:HR:2021:1423
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
1 oktober 2021
- Magistraten
(Mrs. M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek, C.H. Sieburgh, A.E.B. ter Heide, F.R. Salomons
- Zaaknummer
20/01421
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
Goederenrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1423, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 01‑10‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:155, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑02‑2021
- Wetingang
(art. 5:70 BW)
Essentie
Erfdienstbaarheid van weg en van parkeren. Het hof legt de in het geding zijnde erfdienstbaarheden aldus uit dat een auto die op het pad wordt geparkeerd, naast de schutting moet worden geparkeerd. Hoge Raad: De door het hof aan de erfdienstbaarheden gegeven uitleg is onbegrijpelijk.
Partij(en)
A c.s., adv. mr. K. Aantjes, vs. B c.s., adv. mr. M.J. van Basten Batenburg.
Uitspraak
Feiten en procesverloop
De erven van A c.s. en B c.s., met op elk daarvan een woonhuis, grenzen aan elkaar. Op het erf van A c.s., aan de zijde van de grens met het erf van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.