FED 2024/62
In belastingzaken wordt, indien de redelijke termijn is overschreden, behoudens bijzondere omstandigheden, verondersteld dat de belanghebbende daardoor immateriële schade heeft geleden in de vorm van spanning en frustratie. Dat de belanghebbende bij voorbaat een beslissing heeft genomen over de besteding van de vergoeding die hij eventueel zal krijgen voor spanning en frustratie vanwege de lange duur van een procedure, zoals het geval is bij een overeenkomst als de onderhavige, brengt niet mee dat die spanning en frustratie hem bespaard zullen blijven, en hij dus niet zulke immateriële schade zal lijden.
HR 31-05-2024, ECLI:NL:HR:2024:775, m.nt. mr. dr. P. van der Wal
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
31 mei 2024
- Magistraten
Mrs. Van Eijsden, Punt, Feteris, Boerlage, Van der Voort Maarschalk
- Zaaknummer
23/03227
- Noot
mr. dr. P. van der Wal
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS965188:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Fiscaal procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2024:775, Uitspraak, Hoge Raad, 31‑05‑2024
Beroepschrift, Hoge Raad, 31‑05‑2024
- Wetingang
Essentie
In belastingzaken wordt, indien de redelijke termijn is overschreden, behoudens bijzondere omstandigheden, verondersteld dat de belanghebbende daardoor immateriële schade heeft geleden in de vorm van spanning en frustratie. Dat de belanghebbende bij voorbaat een beslissing heeft genomen over de besteding van de vergoeding die hij eventueel zal krijgen voor spanning en frustratie vanwege de lange duur van een procedure, zoals het geval is bij een overeenkomst als de onderhavige, brengt niet mee dat die spanning en frustratie hem bespaard zullen blijven, en hij dus niet zulke immateriële schade zal lijden.
Samenvatting
In belastingzaken wordt, indien de redelijke termijn ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.