Einde inhoudsopgave
Algemene Plaatselijke Verordening 2008
Artikel 3.36 Bijzondere intrekkingsgronden
Geldend
Geldend vanaf 22-07-2013
- Redactionele toelichting
Bron: Gemeenteblad 2013, afd. 3a, nr. 148/547. De tekst van dit artikel is als lid 1 gepubliceerd. Wordt vanaf 18-03-2022 niet meer bijgewerkt. Zie voor de geldende tekst www.officielebekendmakingen.nl.
- Bronpublicatie:
04-07-2013, Internet 2013, www.amsterdam.nl (uitgifte: 19-07-2013, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
22-07-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-07-2013, Internet 2013, www.amsterdam.nl (uitgifte: 19-07-2013, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Openbare orde en veiligheid / Algemene plaatselijke verordening
1.
De burgemeester kan een vergunning voor een prostitutiebedrijf intrekken als:
- a.
in het bedrijf prostituees werkzaam zijn in strijd met het bepaalde bij of krachtens de Vreemdelingenwet 2000;
- b.
in het bedrijf prostituees werkzaam zijn die de leeftijd van 21 jaar nog niet hebben bereikt, of die niet voldoen aan de in artikel 3.30, eerste lid, onder d, genoemde eisen.
- c.
aannemelijk is dat in het bedrijf prostituees werkzaam zijn die het slachtoffer zijn van mensenhandel, dan wel onvoldoende zelfredzaam zijn;
- d.
de exploitant of leidinggevende niet langer voldoet aan de bij of krachtens artikel 3.29 gestelde eisen;
- e.
het bedrijfsplan onvoldoende garanties geeft voor de bescherming van de prostituees of niet voldoet aan bij of krachtens artikel 3.28 gestelde regels;
- f.
de exploitant of de leidinggevende het bepaalde bij of krachtens de artikelen 3.30, 3.31, 3.33, tweede lid, 3.34 of 3.38 niet of onvoldoende naleeft;
- g.
in het prostitutiebedrijf strafbare feiten plaatsvinden die een bedreiging vormen voor de orde of veiligheid in of om het prostitutiebedrijf;
- h.
de openbare orde of het woon- en leefklimaat nadelig wordt beïnvloed door de aanwezigheid van het prostitutiebedrijf;
- i.
in strijd wordt gehandeld met door het college gestelde nadere regels als bedoeld in artikel 3.39;
- j.
de exploitant of de leidinggevende het toezicht op de naleving van het in dit hoofdstuk bepaalde belemmert of bemoeilijkt;
- k.
in het prostitutiebedrijf een escortbedrijf is gevestigd waarvan de vergunning is ingetrokken dan wel dat met toepassing van artikel 2.10 of artikel 3.37 van deze verordening dan wel artikel 13b van de Opiumwet is gesloten.